info@wijputten.nl

Nieuws

Bespiegeling: Ouwe Koeien

Geplaatst op 14 februari 2013

ouwe-koeien-headerPutten gaat er snotverdorie wel met de botte bijl op met dat handhaven. Zoveel daadkracht ineens, ik duizel ervan. Narcisme heeft mij al jaren in zijn greep en ik betrek alles dan ook graag op mijzelf. Ik vrees dat mijn perceel een bolwerk is van illegaliteit. Een voedingsbodem voor handhavers die de door mij gebezigde architectuur vast niet op waarde weten te schatten. Laatst heb ik nog met mijn zoon een traditioneel boomhutje in elkaar geprutseld, met touwladder en al. Ik was me er vaag van bewust dat ik aangemerkt zou kunnen worden als normovertreder. Ik heb het dak dan ook met Sedumplantjes bedekt, zodat luchtfoto’s een smaakvol pallet tonen. Minder fraai is de Dixie die er al jaren staat. Het blauwe plastic pleetje fungeert tegenwoordig als opslag voor de paardenbrok Bix, reuze handig! We hebben het ding omgedoopt in Bixie, dit vergde slechts een kleine ingreep. Omdat ik vogeltjes zo gezellig vind heb ik een hokje gemaakt waar er zo’n tweehonderd verblijven. De Tjiftjaf is mijn favoriet, een vrolijke fluiter. Mijn vrouw, die zich graag creatief en spiritueel uit, heeft een tuinkamer gecreëerd. Hier zit ze met haar vriendinnen te pottenbakken, iets met wol te doen en verlichting te zoeken. Kortom: te freubelen dat het een lieve lust is.

U begrijpt dus dat ik hem knijp. Ik droom vaak dat mijn architectonisch verantwoorde vastgoed bezien wordt door de wet en oordeelt dat het hier gaat om ongeoorloofde verstening. Dat dwangsommen mij noden over te gaan tot rigoureus ontmantelen.

Mijn argumentatie dat het hier veelal hout betreft, zal waarschijnlijk afgedaan worden als inhoudloos geneuzel. Gelukkig is daar Wij Putten; Prioriteiten stellen is wat zij onze gemeente voor de voeten gooien. Bejaarde bebouwing verdient volgens hen een lage prioriteitsstelling. Het is de jongere generatie die moet boeten voor strijdig gedrag. Als je ouder bent dan twintig tel je niet meer mee en ontstaat er een gedoogstatus, uitgerangeerd, niet meer naar omkijken. Vergrijzing in vastgoed is net als de grote mensen wereld; Je wordt niet meer voor vol aangezien. Je bent er wel, maar ze willen je niet zien. Aandacht besteden aan deze fossielen kost alleen maar geld. Niet aan beginnen dus, ze storten vanzelf wel in.

De totstandkoming van de leeftijdsgrens van twintig is merkwaardig. Ik las in de stukken dat het iets van doen heeft met doodslag. Deze zou verjaren als hij de twintig jaar passeert. Dus dan ook maar kippenhokken van die leeftijd, huppetee, één pot nat! Deze redenatie is mij niet geheel duidelijk. Wordt het vergrijp van een vergunningloos bouwsel door Wij Putten geconformeerd aan doodslag of zo? Toom ziet hem even niet.

Op zich vind ik het wel goed van Wij Putten om oude koeien in de sloot te laten liggen, ze zijn immers toch al verdronken. De mening om prioriteiten te stellen deel ik ook volmondig. Het handhaven van die termijn van twintig jaar lijkt mij alleen bijzonder lastig als er nooit schriftelijk een voorafkondiging is gedaan. Een grens trekken is altijd lastig, vooral als je net over die grens heen hebt gebouwd. Ik zie meer iets in handhaving bij bouwwerken die een bepaalde afmeting overschrijden. Om nou een houthok of prieeltje als doodslag te definiëren en dus pleitte met dat ding, vind ik burgertje pesten en verkwansel je tijd en geld die beter aan serieus foute bouwwerken kan worden besteed. Sauna’s of zo!

Met die twintig jaar zit ik dus echt een beetje in mijn maag. Dat verbouwde pleetje staat er pas een jaar of vier en die Bix moet ik toch ergens kwijt. De tuinkamer is een grensgevalletje. Het casco overstijgt wel de twintig jaar, de rest is pas later getimmerd. En om mijn vrouw met haar vriendinnen in huis te laten kleien en te jing jangen trek ik niet. Is het niet mogelijk een kleine voetnoot op te nemen in het voorstel van Wij Putten. Dat tuinkamers gezien de functionaliteit niet als zodanig worden aangemerkt en de status van prioriteit laag krijgen toebedeeld. Alvast dank voor uw begrip.

Handhaving

Geplaatst op 4 februari 2013

Betrokkenen hebben nadat zij tot de conclusie waren gekomen dat het wel erg moeilijk is om van een oud hok waarvan de constructie niet optimaal is om daar door een architect een tekening van te laten maken en dit ook nog geen zekerheid biedt voor de rest van de opstallen geen actie ondernomen.

De betrokkenen hebben weer een brief ontvangen met de mededeling dat de container mag blijven staan als het oude kippenhok gesloopt wordt. Met hieraan verbonden een dwangsom van  € 10.000. Overigens staat er niets meer in de brief over de rooilijn, welke bij het laatste gesprek de reden was voor een tekening met vergunning aanvraag.

Er is weer een zienswijze ingediend met daarin een opsomming van de door gemeente gemaakte fouten. De fouten betreffen het huis, de aangebouwde schuur en nog een kippenhok die illegaal gebouwd zouden zijn en waar nu niet meer over gesproken wordt.

Op deze zienswijze is door de gemeente weer een brief gestuurd, met de mededeling dat als de gemeente die hiervoor genoemde punten niet benoemd, dit nog geen zekerheid geeft dat deze punten nu zijn afgedaan of niet waar zijn. Verder blijft de gemeente op het standpunt dat het kippenhok gesloopt moet worden.

De betrokkenen maken op deze brief een bezwaar. Op dit bezwaar krijgen de betrokken een brief dat het voorgelegd wordt aan de bezwaren commissie.

Op 24 oktober heeft de bezwaren commissie plaats gehad. De bewoners geven aan dat zij best bereid zijn om alsnog een tekening en een vergunning aan te vragen maar dat het dan nog geen zekerheid geeft over het andere kippenhok en de schuur.

De  commissie kwam lezende de brieven ook tot de conclusie dat de bewoners hier een punt hadden. De aanwezige ambtenaar  werd door de commissie hier mee geconfronteerd, maar bleef daar onduidelijk over en wilde/mocht  daar geen uitspraak over doen. De commissie wilde op haar beurt; na zoveel halsstarrigheid van de ambtenaar, ook geen uitspraak doen. De commissie gaf het advies om er met de gemeente alsnog uit te komen. Er zou een verslag gemaakt worden, mocht men er niet uit komen met de gemeente dan zal de commissie alsnog een uitspraak doen.

Op 7 nov. weer een bief van de gemeente dat de bewoners een vergunning moeten aanvragen. In de brief staat ook dat gezien het voortraject dat het aannemelijk is dat bewoners met succes een beroep op het overgangsrecht kunnen doen. Echter op grond van de vergunning aanvraag en stukken moet blijken dat schuur er al vanaf 1970 staat. Men heeft alleen oude foto’s zonder datum en getuigen. De bewoners hebben van beide kippenhokken nu een tekening laten maken en een vergunning aangevraagd en moeten nu maar hopen dat de vergunning wordt verstrekt.

De bewoners lazen in de krant dat de regio rechter in Putten zou komen en hebben zich hier voor aangemeld en zijn er ook  voor uitgenodigd. Op 21 januari is deze gehouden op de Vanenburger Allee. De rechter gaf aan dat het handhaven van rijkswege aan de gemeente is opgelegd en dat hij daar niets mee kan. Wel gaf deze aan dat tekeningen uit het dossier halen ( zie vorig schrijven ) zonder medeweten van de bewoners absoluut niet kan. Hier hadden de bewoners een punt  volgens hem.

Bij mij blijft een ontevreden gevoel, immers de grote schuur ( zie foto ) is dan nog steeds niet vergunt. Als er toch/nog een mogelijkheid is om dat te regelen dan had dat voor de andere opstallen toch ook gekund? Indien nodig kom ik er nog wel een keer op terug

Bespiegeling: Stoffer en blik

Geplaatst op

In mijn trommelvliezen resoneren nog steeds tonen van het hartverscheurende lied ter nagedachtenis aan Flappie. Ook vertoont mijn netvlies nog steeds flarden van Home Alone 1, 2, 3 en zelfs van vier komen nog beelden door.

Ieder jaar verwonder ik mij weer over de truttigheid die de feestdagen onverwoestbaar schijnt te moeten omringen. De Jamie Oliver recepten knorren lustig in de pannetjes en worden op bedjes van gepocheerd zeekraal op gediend. De verplichte kerstbezoeken zorgen weer voor irritaties. We willen immers niemand voor het hoofd stoten, of het moet mijn schoonmoeder zijn.

Het jaarlijkse oeverloze gezever over het afsteken van vuurwerk stoort mij ook mateloos. Als iemand zijn poten er af wil knallen, laat hem lekker!

Dan die zeikerds van meldpunt vuurwerk overlast dat Groen Links gespuis de ether in heeft geslingerd, tenenkrommend. Wat nou overlast! De gemiddelde gemeenteambtenaar bezorgt mij meer overlast dan een leven lang door malloten in elkaar geknutselde nitraatbommen rond de jaarwisseling. Groen Links waagt het zelfs een motie in te dienen om vuurwerk te verbieden, alsof er potdomme niet al genoeg verboden is, lazer toch op!

Gelukkig was er het WK Darts. Vadsige kerels met rood doorlopen ogen, behangen met goud, die tussen de lege bierglazen en sigarettenrook door pijltjes mikken op een bord. Eega’s van deze bullebakken zien er uit als een bos bloemen dat al weken droog staat. Juichend staan ze met slecht geschminkte smoelen en uitgewerkt blond op de stoelen als manlief een one hundred and eighty op het bord keilt, heerlijk toch.

Als de klok op oudejaarsavond dan eindelijk de twaalf bereikt is het plots een ander jaar. Nieuwe ronde, nieuwe kansen lijkt het credo. Goede voornemens heb ik ook een pokken hekel aan. Sonja Bakker, dat trutje dat slanke tailles belooft aan goed gelovigen, heeft haar nieuwste kookboek al weer onder de kerstboom gelegd. Als eten je bevredigt, vreet dan lekker door en zanik niet over een vetschort zodat je je schoenveters niet meer kan strikken. Gewoon Crocs aan je poten en een joggingbroek over je vetschort, who cares!

En dan die Nieuwjaars recepties. Getverdemme, daar had iedereen weer een mening over, alsof het over voetbal ging. Bakken geld worden er tegengaan gegooid. Lekker toch: champagne fonteinen, kaviaar bergen, Italiaanse truffels geparfumeerd met weet ik veel wat voor een dure zooi. Het zijn toch onze eigen centen die we verbrassen. Putten was met Nijkerk de krenterigste gemeente op de Veluwe. Een bolletje Joma salade met paprikapoeder en een Melba toastje met selderijsalade, dat soort werk. Niet zo vreemd dat maar een handjevol Puttenaren  het spektakel bezoeken.  Gemeente Putten gebruikt het geld liever om Sauna Drôme te sponsoren of andere onnozelheden die de plank misslaan.

Vergeet ik toch bijna de door de gemeente aangekochte opstallen van Van Rossem aan de Achterstraat met u te bespreken; Kosten 1.2 miljoen euro. Het spulletje is enige jaren terug opgekocht door de gemeente Putten om er weer een actief deel van de dorpskern van te maken. Duh!! Een spektakel heb ik er nog niet waar genomen. De mannen broeders peinzen zich waarschijnlijk nog suf hoe de dorpskern te pimpen. Enige vorm van creativiteit zoals beoogd heb ik met het blote oog nog niet waar kunnen nemen. Ik wil wel een ideetje aan de hand doen, wellicht kunnen ze er wat mee. Is het niet wat om er een moskeetje te metselen. Niet te opzichtig uiteraard. Ik dacht aan een torentje of vier met verdekt opgestelde Bose boxen met surround systeem voor een optimale geluidsbeleving. De bevolking van Putten mag namelijk wel wat multicultureler, mengen die handel! Vers bloed, frisse ideeën niet gestoeld op conservatief gedachtegoed, dat heeft Putten nodig. Een dorpskern met een Turkse groenteboer, Halal slager en een coffeeshop voor wat cannabis om alles meer in perspectief te zien. Leden van motorclub Satudarah in de gemeenteraad en een burgemeester gekozen door leerlingen van onze basisscholen.

Een harde bezem en stoffer en blik, dat hebben we nodig! Toom

Bespiegeling: Je eigen stoepje

Geplaatst op 17 januari 2013

Mijn schoonmoeder van bijna tachtig woont in Ermelo. Lekker dichtbij. Meestal twee keer in de week pikken we haar op en nemen haar mee naar ons huis. Ze eet dan mee, klets wat en een paar uur later brengen we haar weer terug. Zo komt ze, mede met wat aandacht van anderen, de week door.

Omdat ze slecht ter been is heeft ze, sinds de zomer een scootmobiel. Noodzaak want anders wordt haar actieradius nog maar één à twee kilometer en komt ze nog maar net bij de winkels.

Mede door haar nieuwe bezit op vier wielen is ze weer mobiel en komt ze nog ook steeds onder de mensen

Een enkele keer gaan we bij haar op bezoek. In mijn geval altijd als ik naar de garage moet. Die is dicht bij schoonmoeders en als ze even een half uurtje werk hebben loop ik naar haar toe, drink een kop koffie om vervolgens de auto weer  op te halen.

Zo ook vandaag. Door de sneeuw. Ik kwam net uit mijn werk dus had geen winterlaarzen, snowboots of dergelijk aan de voeten. Nee, lage brogues die op kantoor en in de auto prima volstaan… maar door de sneeuw banjeren helemaal niet.

Zo zocht ik alle plekken op waar de rijbaan of stoep vrij van sneeuw was om die paar honderd meter zonder sneeuw in mijn sokken af te leggen.

Terwijl ik laveerde over de stoepen en straten in Ermelo bekroop mij een onaangenaam gevoel. Dat had nog geen eens zozeer met mijn koude voeten te maken maar ik ontdekte dat ik ouder werd.

Nee, niet dat ik slecht ter been aan het worden ben. Plots kwam het besef dat ik vroeger, zeg ’s een jaar of tien geleden, het maar belachelijk vond dat velen na een sneeuwbui met hun stoepje bezig waren. Strooien, schuiven, scheppen, in mijn ogen allemaal tijdverspilling. Sneeuw komt en sneeuw gaat. Al die zinloze energie stoppen in het verwijderen van die sneeuw…

Zo ook in Ermelo. De ene stoep helemaal wit, de ander schoon geschoven en prima begaanbaar.

Almaar meer beseffende dat ik inmiddels een volledig andere opvatting kreeg over het zinloos sneeuw verwijderen kwam ik bij schoonmoeders.

Zoals voorspelt kletsten we wat, dronk ik een kop koffie en bood haar aan ook haar stoepje schoon te schuiven. Dat bleek niet meer nodig. Ze had zelf, vanmorgen vroeg, haar burgerplicht gedaan. Maar ze vond het maar niks die sneeuw want ze ging écht niet naar dorp met dit weer.

‘Ach’ zei ik… ‘maar het is nu toch droog?’

‘Je denkt toch niet dat ik m’n benen ga breken over al die gladde stoepen?’  was haar antwoord.

Terug naar Putten. Er ligt een veeg-aanbod van de SWP voor diegenen die niet zelf de stoep kunnen vegen. Kost niets. Vrijwilligers hebben zich voldoende aangemeld die uiteraard belangeloos iemand anders pad en stoep weer begaanbaar wil maken.

Al rijdend door Putten vraag ik me het volgende af als ik de gladde, platgetrapte sneeuwstoepen zie:
Zijn er zoveel hulpbehoevende mensen en een lange wachtlijst of realiseren nog veel bewoners dat ‘je eigen stoepje’ vegen ook een hele goede daad kan zijn, in ieder geval voor de ouderen.

Het liet me maar niet los. Wat krijgt ‘je eigen stoepje schoonvegen’ dan een andere betekenis.

 

Bespiegeling: De toekomst van Putten

Geplaatst op 5 december 2012

Afgelopen maand heeft de gemeente Putten vijf avonden belegd om met de inwoners in gesprek te gaan teneinde een Toekomstvisie Putten te gaan opstellen. Deze toekomstvisie moet vastgesteld worden voor het zomerreces van 2013 en richting geven aan te voeren beleid.

Mij viel de eer te beurt om de avond met als onderwerp vrije tijd bij te wonen in buurthuis Krachtighuizen. Eerlijk gezegd had ik weinig fiducie in deze avonden. Wie laat zich nou bewegen om naar dergelijke meedenkavonden te komen? Toch waren er ruim veertig personen waarvan één opvallend onder de 30 jaar en de rest, uitgezonderd twee aanwezige raadsleden, 45 of wel 50-plus. Niet dat ik iets tegen 50-plussers heb, maar ook hier zie je weer dat het kennelijk vrijwel onmogelijk is om jonge personen te interesseren.De avond was goed opgezet. Recreatie was wel de rode draad. Hoe aantrekkelijk is Putten in 2025 en hoe zet je Putten goed op de kaart? Volgens de lokale vip Ben de Looze moet er rust, ruimte en gezelligheid zijn. Gerald Beltman van het RGV, dat recreatievoorzieningen beheert, waarschuwde Putten verder te kijken dan de plaatsgrenzen. Met social media bereik je de doelgroep. Jan Vezel, voor intimi Jan van de Kraats, haakte daar mooi op in en pleitte opnieuw voor glasvezel in het buitengebied. Want hoe moesten recreanten in het buitengebied anders communiceren met de buitenwereld?

Ik ving een nieuw woord op: zwaluwstaarten. Hiermee bedoelde de heer Beltman mee dat er beter aansluiting op de buurgemeenten gezocht moest worden. In dit verband werd een grotere rol toebedacht voor het VBT, het Veluws Bureau voor Toerisme. Dat houdt zich bezig met toeristische marketing en promotie van de Veluwe. In het Veluws Bureau voor Toerisme werken sinds 1 januari 2010 alle VVV’s van de zestien Veluwse gemeenten samen. Zo gaat het VBT een promotieplatform oprichten. De heer Van Elten van recreatiepark De Zeskamp was als een van de ondernemers uit Krachtighuizen aanwezig en pleitte voor het investeren in je eigen park in plaats van verloedering toe te staan. Een andere spreker maakte zich kwaad over de bestemmingsplannen. ‘Minicampings worden opgeheven en er komt een nertsenfokkerij voor terug’. De Polen werden ook aangehaald. Eerst werden de 65-plussers weggejaagd door permanente bewoning niet te gedogen, maar de Polen zijn ervoor teruggekomen. Een ander noemde verloedering van de wandelpaden als mogelijke oorzaak van de achteruitgang van de recreatieve sector. De paden werden allemaal verrot gelopen door paarden.

Martin Vastenhout van landgoed Schovenhorst bracht ook een nieuw woord te berde: Eftelarisering. Putten moet geen pretpark worden, maar juist de eigen waarden promoten. Verder pleite hij verrassend voor openstelling op zondag van het museum. Er is dan meer te doen. Ook het zwembad moet volgens een aanwezige op zondag ruimer open. Maar de zondagsrust moet in Putten wel blijven. O ja… er moet ook een terras op zondag open zijn. Verder haalde de Stichting voor Natuur- en Milieubescherming Putten De Schuitenbeek aan als uniek deltagebied, kwam het grofwild ter sprake, de kunst(routes) werden belangrijk bevonden en ook het dorpsgezicht, de oude panden moesten bewaard blijven.

Toen ik uiteindelijk ook een duit in het discussiezakje wilde doen door het over jongeren te willen hebben, deed de avondvoorzitter dit af met de achilleshiel in deze gesprekken. Tsja. Van de aanwezigen zouden de meesten in 2025 reeds gepensioneerd zijn en start ongeveer het werkzame leven van mijn kinderen.

 

Bespiegelingen: Oude vrienden

Geplaatst op

Ik ben in een keet geweest. Het zou de oudste van Putten zijn. Nou, zo zag deze er niet uit. Strakke wanden, keurige tafels, met zo’n vijftien stoelen eromheen. Geen donker hol, maar met een grote raampartij.

Ik was gevraagd om mee te komen naar deze keet. Effe een biertje doen. Mijn voorstelling was een hol met oude bankstellen, giga drankverbruik en bijbehorende penetrante bierlucht.

Toen ik bijna dertig jaar geleden met mijn vrienden zelf een keet had, zag deze er in ieder geval zo uit.

Deze niet. Allereerst kon je niet zien dat ik bij een keet parkeerde. Een neutrale deur en verder niets. Als je naar binnen stapte, kwam je in een soort entree met een keukenblokje met een dubbele frituurpan. Bij het openen van de volgende deur stond ik opeens tussen zo’n vijftien mannen, gezeten aan de lange tafel, vrijwel allen met een potje bier in de ene hand en een enkeling een sigaret in de andere. Ik begreep direct waar de kwalificatie ´oudste´ keet vandaan kwam. De mannen schatte ik allen boven de vijftig.

Het bleek een groep mannen, al jaren vrienden, die op zaterdag bij elkaar kwamen om een ‘potje’ te doen en de week te bespreken. Een van de mannen vertelde me dat ze ´vrogger´ bij elkaar in de huiskamer kwamen, maar dat ze graag een eigen plekkie wilden. Zoals deze ruimte voor deze zaterdagmiddagactiviteit.

Bier was nog geen euro per flesje en werd wekelijks gehaald bij de supermarkt waar het bier in de aanbieding was. Mijn voorzichtige opmerking dat je dit als valse concurrentie kunt zien voor de plaatselijke horeca, werd fel bestreden. In de loop der jaren heeft de organisator weliswaar geleerd dat een turflijstje voor het bier handig is, maar het samenzijn heeft een besloten karakter. Het lijstje telt immers 21 namen. Je kunt niet zomaar binnenstappen en een biertje scoren.

De beslotenheid is denk ik een wezenlijk verschil met de lokale horeca. Deze mensen horen bij deze keet en zien de kroeg niet als alternatief. Ze willen gewoon gezellig bij elkaar zijn en doen dat in een ruimte, lees een keet, om moeders niet met extra werk in de huiskamer op te zadelen. Niet om drankgelden uit te sparen.

Ik zag een heel mooi aspect. De sociale kant. Deze mannen steunen elkaar, geven elkaar houvast. Ze delen lief en leed. Als ik dat dan zie, een week na onze eropaf De Wijk in met Rien, waar ik veel kale straten met eenzaamheid aantrof, dan zie ik dat zo’n keet een prachtige functie heeft. Volgens mij voorzien keten in een maatschappelijke behoefte. Uitgezonderd sommige faciliteiten voor jongeren, zoals De Krakerrr, is hierin niet op een andere manier te voorzien. Met keten hebben jongeren en – zoals ik nu ook gemerkt heb – ook ouderen een plek om samen te komen. Maar… natuurlijk heeft de gemeente hierin ook een verantwoordelijkheid. Immers: een keet is niet genoeg.

Arap-John Tigchelaar

 

Gratis tuinafval brengen?

Geplaatst op 18 november 2012

Dinsdag 20 november praat de commissie Ruimtelijke Zaken over het afvalbeleid van de gemeente Putten. Het college van burgemeester en wethouders doet verschillende voorstellen om het afval scheiden nog verder te verbeteren.

Nu doet Putten het op dit moment al heel erg goed, maar het kan nog beter. Volgens het college stoppen we nog steeds teveel groente en fruit afval in de blauwe zak. Om ons over te halen tot een beter ‘afvalscheidingsgedrag’ stelt het college voor om de blauwe zak voor restafval 30 cent duurder te maken. Daar staat tegenover dat de 10 en 30 liter zakken voor GFT goedkoper worden, namelijk 10 en 20 cent goedkoper. Ook stelt het college voor dat onze inwoners op donderdagavonden het grof tuinafval gratis kunnen brengen!

Wij Putten zou Wij Putten niet zijn als ze zaterdagochtend 17 november niet even bij het gemeentelijk Afvalbrengstation is gaan kijken en praten. Daarna is Wij Putten de wijk ingetrokken en heeft met de inwoners over de nieuwe plannen rondom Afval gesproken. De meeste mensen vinden het prima en zijn enthousiast dat het tuinafval binnenkort op donderdagavond gratis gebracht kan worden.

Wij Putten is voorstander van afvalscheiding omdat afval bijna altijd hergebruikt kan worden. Afval is gewoon een grondstof. Dus moeten we afval niet verbranden in verbrandingsovens, maar hergebruiken. Zeker omdat grondstoffen in de toekomst schaars gaan worden. Daarom is afvalscheiding echt nodig.
De essentie van het gemeentelijke afvalbeleid is voor Wij Putten: verdergaande afvalscheiding met een hoog serviceniveau tegen zo laag mogelijke kosten.

De winnaar is het milieu en ook de portemonnee van de Puttense burger.
Trouwens, in Putten kun je nu al gratis van je papier, glas, blik, kleding, plastic, klein chemisch afval, bruin en witgoed, etc. af. Binnenkort dus ook gratis Tuinafval brengen. Er blijft steeds minder over waar je nog wel voor moet betalen.

Het gaat overigens om een proefjaar, volgend jaar volgt er een evaluatie.
De gemeenteraad besluit over dit voorstel op donderdag 6 december a.s.

Politieke kiespijn

Geplaatst op 28 oktober 2012

Politiek is kiezen. Dat is de ene keer makkelijker dan de andere keer. Neem het landgoed De Uylenborgh. In de ogen van de fractie een erg massaal initiatief. We hadden het liever gelaten bij één woonblok op het landgoed in plaats van twee. Maar een stuk uit het voorstel knippen was niet mogelijk. Bij zo’n bestemmingsplan is het voor of tegen stemmen. De initiatiefnemer was echter al een kleine tien jaar bezig met de gemeente en dan past het niet meer om op het allerlaatste moment zo’n plan de nek om te draaien. Het levert wel leermomenten op. In het vervolg willen we als raad veel eerder door het college bij dit soort planontwikkelingen worden betrokken. Dan kun je er inhoudelijk nog wat mee. Uiteindelijk heeft de fractie voor het landgoed gestemd, in de wetenschap dat we het gemeentelijk landgoederenbeleid volgend jaar veel minder soepel gaan maken. Want je kan niet aan de ene kant alsmaar roepen tegen verstening van het buitengebied te zijn en aan de andere kant zomaar 7.600 m3 steen toevoegen. Dat snapt niemand.

Ook de uitbreiding van een fouragebedrijf in het buitengebied van Putten hield de raad erg bezig. De gewenste uitbreiding past voor geen meter in het bestemmingsplan. De fractie van Wij Putten wil best praten over verruiming van het beleid, maar dan moet het wel voor iedereen gelden. Nu één bedrijf om onduidelijke redenen ter wille zijn, en aan alle andere bedrijven in het buitengebied ‘nee’ verkopen is niet uit te leggen. Ook het pand Voorthuizerstraat 5 (voormalig Rabobankfiliaal en tandartsenpraktijk) levert een lastig verhaal op. De eigenaar wil op die plek appartementen bouwen tot veertien meter hoog, terwijl het nu bij hooguit negen meter ophoudt. De fractie van Wij Putten vindt veertien meter niet passend voor die omgeving. Zelfs de Pastorije, aan de andere kant van de Voorthuizerstraat, blijft onder de tien meter.

Is het dan alleen maar kommer en kwel in de commissie Ruimtelijke Zaken? Nee, zeker niet. Het besluit over de vrij liggende fietspaden aan de Harderwijkerstraat is in juli door de raad vastgesteld. Wij Putten heeft de fietsveiligheid hoog op de agenda staan, maar dat neemt niet weg dat we er zorgvuldig naar hebben gekeken. Want € 3 miljoen is en blijft veel geld. Maar de kogel is door de kerk.

Over veel geld gesproken: in diezelfde raadsvergadering hebben we ook besloten om het regenwater in een groot stuk van de bebouwde kom van Putten (37 hectare) niet meer via de riolering af te voeren. Putten gaat dat regenwater via een ingenieus systeem ter plekke in de grond laten wegzakken. Eigenlijk niks nieuws, want dat gebeurde al eeuwenlang. Het kost overigens wel maximaal € 8 miljoen, ook dat is heel veel geld. Het nieuwe systeem moet voorkomen dat bij forse regenbuien straten, tuinen, kelders en woningen in het dorp onder water komen te staan. En – niet onbelangrijk – het is nog ook duurzaam ook!

Lastige besluiten, wikken en wegen. Besluiten, die soms veel geld kosten. Maar voor dat geld krijgen we gelukkig wel iets terug waar veel Puttenaren profijt en gemak van hebben. En zo hoort het ook.

Herman Luitjes

Bespiegeling: De zaak Rob

Geplaatst op 23 oktober 2012

Een oude vriend van mij, Rob heet hij, heeft sinds jaar en dag zijn tentenkamp opgeslagen op een park gelegen in Krachtighuizen; Een ruim chalet met veranda en kwieke houtkachel, een prima stekkie om te toeven. Laatst legde ik een bezoek af om de vriendschap aan te halen. Het park bleek te grossieren in kentekens van Oost-Europese origine. Rob, een humaan vertolker, vertelde dat deze invasie van belendende perceelhouders een enorme weerslag kent op de gemoedstoestand van zijn gezin. De nachten vaak doorwaakt omdat parkgenoten menen, veelal overmatig gelaafd, schreeuwend en ruziemakend het duister te kunnen overstijgen. Bij daglicht is het er een komen en gaan van manvolk met matrassen en dekens onder de arm op zoek naar tijdelijk onderdak, kratten bier meeslepend. De sfeer is er grimmig en gevoel van veiligheid vervlogen. Rob is dan ook naarstig op zoek naar onderdak voor zijn gezin waar de voertaal niet beheerst wordt door medeklinkers.

De verkoop van zijn chalet wil niet vlotten en wijt dit, naast de geketende woningmarkt, aan de overbevolking van Oost-Europeanen op zijn huidige stek.

Rob werkt als ZZP-er in de bouw en in het bezit van een enorm arbeidsethos. Stukadoren is zijn ding en heeft het tot kunst verheven. Toch krimpt zijn aandeel in creëren. Hij zou plots te duur zijn. Busjes met anderstalige zwermen nu uit over de bouwplaats en voorzien de ruwe wanden van een laagje roodband. Rob geeft zich niet over aan rancune, zijn karakter laat dit niet toe. Wel merkt hij dat de situatie zijn stemgedrag heeft beïnvloed. Heulen met de vijand, noemt hij het zelf. Sympathiseren met gedachtegoed dat in wezen niet de zijne is. Het knaagt dan ook aan Rob dat hij keuzes heeft gemaakt die indruisen tegen zijn normaliter gehanteerde waarde en normen.

Het park verlatend vroeg Rob mij om een gunst. ‘Toom, Jij pent toch weleens een stukkie voor Wij Putten. Zou je niet eens wat willen schrijven over mijn situatie, misschien kenne zei er iets tegen doen.’ Ik beloof hem de zaak aanhangig te maken en als scribent te fungeren.

Mijn geweten perst zich intussen door een mangel, een bolwerk van tegenstrijdigheden.

Een jaargetij geleden heeft bij mij thuis namelijk een klein verbouwinkje plaatsgevonden; Ook is het gehele optrekje voorzien van frisse kleuren. Ambachtsmannen uit Polen hebben dit mogelijk gemaakt. Aardige en integere lui die werkten voor een nog aardigere prijs. Het getuigt dan ook van een overdosis hypocrisie als ik ook maar enigszins hun hier zijn beschimp. Ik distantieer mij dan ook van een oordeel en vraag slechts om aandacht voor de zaak Rob.

De materie staat niet op zichzelf, dat is u bekend. Een Oostblok offensief starten, spandoeken met populistische kretologie aan de kerktoren hangen en racistische leuzen scanderen zal niet de juiste weg zijn. Een sjoelavond organiseren op het park om wederzijds respect aan te wakkeren lijkt ook twijfelachtig. Wie weet kunt u, Wij Putten, een creatieve en menselijke oplossing aandragen, geschraagd op politiek welbevinden.

Namens Rob alvast bedankt voor uw inzet!

 

Bespiegeling: Diesel is dood

Geplaatst op 18 oktober 2012

Ik ben even op het plaats delict gaan kijken, gewoon om de sfeer te proeven en alles in perspectief te zien. Er heerste een serene rust op de Arnhemse Karweg. De bomen schudde nonchalant hun bladeren los en er stond een heus dorp van paddenstoelen. De kabouters waren nergens te bekennen. Ze waren vast geschrokken van het brute geweld dat zich had voorgedaan en hadden huis en haard verlaten. Een rood mutsje, schijnbaar achteloos achtergelaten onder een zwam, was het enige getuigenis van de haastige aftocht. Toch konden die kaboutertjes nog wel eens belangrijk zijn. De exacte toedracht van de moordzaak is namelijk in flarden mist gehuld, maar daarover zo meer.

De enige gedachte die bij mij opkwam bij het sferen was, waarom noem je in hemelsnaam je hond Diesel? Zou de Buldog langzaam op gang komen en eenmaal op dreef niet meer te stuiten en tanken ze hem dagelijks af met het brandstofje. Of koesteren de eigenaars van de overledene het Italiaanse kledingmerk en wilden op deze manier hun genegenheid tonen. Weinig relevante gedachten, dat besef ik, maar werkelijke emoties komen niet door.

De Buldog staat niet bekend om zijn fraaie uiterlijk. Het is een gekunsteld beestje, een eindproduct van talloze zaadlozingen, zorgvuldig samengevoegd, gecentrifugeerd en ingebracht. Resultaat, een dikke nek, grote massieve kop en poten die wel ingekort lijken. Als standaard accessoire is de Dog voorzien van een chronisch astmatisch gereutel. Krachtig, stoer en waardig zijn competenties die het beestje toebedeeld heeft gekregen van de rasvereniging. Geen mietje dus!

De belaagde hond blijkt een Collie te zijn, u weet wel zo’n Lassie hond. Spitse snuit, ranke pootjes en fris in het haar, mensenredder bij uitstek. Geen waardig tegenstander voor een Buldog. Diesel is dan ook geen waardigheid aan te rekenen door een Lassie hondje te verrassen. Een weeffoutje bij het centrifugeren denk ik.

Terugkomend op de toedracht; De ingrediënten en het ter tafel gebrachte zijn bekend, alleen de bereidingswijze is onduidelijk. Uiteraard heb ik een scenario voorhanden, deze wil ik u niet onthouden.

Het geplaagde gezin had een mooie zondagmiddag aangegrepen om de herfst samen met de drie viervoeters te vieren. De sfeer was uitgelaten. Al gauw gingen de riemen af en wentelden de honden zich door het afgeschudde blad. Het zonlicht viel in strepen door de bomen en schakeerde het licht. Diesel nam als vanzelfsprekend het voortouw en overmoedig geworden door zoveel moois en ongebreidelde vrijheid had zin aan een robbertje vechten, zijn genen schreeuwden erom. Al spoedig ontwaarde hij de Collie en bedacht zich geen moment. Aangemoedigd door de lichaamstaal en angstkreten van de Collie begeleiders dook hij onverschrokken op het spitse hondje. Een oneerlijke strijd, dat besefte Diesel zich ook wel, maar daar maalde hij niet om. De eigenaar van Collie die zijn beestje al tussen de kaken van Diesel zag verdwijnen bedacht zich moment en plantte zijn schoen in de weke delen alvorens hem bij zijn halsband in een wurggreep omhoog te sleuren. Zijn roekeloosheid moest Diesel met de dood bekopen, maar werd hem ingegeven door zijn makers. Diesel treft dan ook geen blaam evenals de Collie mensen, zij handelden uit noodweer. Het is maar een door mij geschetst scenario, maar het lijkt mij wat onwerkelijk aan te nemen dat Diesel zomaar dood neer viel.

Dat de geleiders van Diesel verontwaardigd zijn komt mij vrij menselijk over. Toch was het gezien de competenties van Diesel misschien handig geweest om aangelijnd het bos te begroeten.

Enfin, het gezin Diesel is ontroostbaar en balt de vuisten. Hond en geleider wordt gevraagd om zondag mee te lopen in een stille tocht om Diesel te gedenken en zinloos geweld weer eens aan de kaak te stellen. Justice voor Diesel moet het spektakel gaan heten. Het is duidelijk dat hier een scheidingslijn wordt overschreden.  Hoe verdrietig het ook is voor het gezin, een stille tocht houden voor een hond krijg ik vreselijke jeuk van. Een stille tocht is een protest tegen de verharding van de samenleving en het geweld dat mensen elkaar nodeloos aandoen.

Het Diesel tochtje lijkt mij ontstaan door rancune; De bazen van de Collie willen het boetekleed niet aantrekken. Als er dan toch een dader moet worden opgeknoopt, zou ik hierbij de kaboutertjes willen oproepen om als kroongetuigen voor één keer ten tonele te verschijnen. Het in de haast verloren rode mutsje kan ik dan gelijk teruggeven.