Leden van raadscommissies mogen vragen stellen aan het college, net als raadsleden. Dat stelt hoogleraar Geerten Boogaard, in antwoord op een vraag hierover van burgemeester Henk Lambooij.
Aanleiding is een discussie die hierover in het presidium is ontstaan, nadat fractievoorzitter Robin Hoogendijk van Gemeentebelangen zich afvroeg of dit wel mag. Hij stelde dit aan de orde omdat commissielid Arap-John Tigchelaar van Wij Putten regelmatig vragen stelt aan het college, samen met een raadslid van Wij Putten. Daarop besloot de burgemeester de vraag voor te leggen aan mr. Geerten Boogaard, die aan de Rijksuniversiteit Leiden de Thorbecke Leerstoel bekleedt en dus een autoriteit is op het gebied van staats- en bestuursrecht.
Artikel 37 van het Reglement van Orde van de gemeenteraad geeft weliswaar alleen raadsleden de mogelijkheid om schriftelijke vragen te stellen, maar volgens Boogaard verzet de Gemeentewet zich niet tegen het uitbreiden van de kring personen die het college vragen mogen stellen. Volgens de hoogleraar voorziet het Reglement van Orde in andere gemeenten zelfs expliciet in de bevoegdheid voor commissieleden om ook schriftelijke vragen te stellen. Daar is nog nooit een principieel probleem van gemaakt.
De fractie van Wij Putten en uiteraard ook commissielid Tigchelaar zijn blij met dit antwoord. “Leden van een raadscommissie zijn net als raadsleden beëdigd en worden geacht de besluiten van de gemeenteraad voor te bereiden”, stelt Tigchelaar. “De commissie adviseert zelfs de gemeenteraad over besluiten. Het zou op z’n zachts gezegd opmerkelijk zijn geweest als commissieleden hun onderzoekende taken niet kunnen uitvoeren en raadsleden wel.”
De vraag en beantwoording door de hoogleraar worden ook opgenomen in het VNG-magazine.