Wij Putten hecht in de nieuwe woonvisie veel belang aan het streefwoningbouwprogramma. Ofwel de verhouding tussen het realiseren van betaalbare woningen (sociale huur en goedkope koop) en woningen in de duurdere sector. Dit heeft in de raadsvergadering van mei 2020 geleid tot een amendement om met het streefwoningbouwprogramma juist meer in te zetten op het betaalbare deel. Daarmee is de dure koop toen teruggegaan van 25 naar 15 procent. Wat ten goede is gekomen aan de sociale koop en huurwoningen in de vrije sector.
In de raadsvergadering van 4 februari 2021 lagen de regels betaalbaar bouwen, verevening en kostenverhaal ter besluitvorming voor. Behalve dat dit vereveningsfonds een onderdeel is van het coalitieakkoord 2018-2022, kun je dit ook zien als een soort uitwerking van de woonvisie. In de woonvisie hebben we vastgelegd dat 65 procent van de nieuwbouw in het betaalbare segment moet liggen (30 procent sociale huur, 15 procent sociale koop, 15 procent betaalbare koop en 5 procent middenhuur). Voldoet een project niet aan deze norm met de daarbij onderliggende verdeling, dan moet er een financiƫle bijdrage gestort worden in het vereveningsfonds. Projecten die vervolgens de norm van 65 procent overtreffen, kunnen geld uit dit fonds ontvangen. Op die manier stuurt en stimuleert de gemeente de realisatie van sociale en betaalbare woningbouw in Putten.
Belangrijk voor de fractie van Wij Putten was om bij het college te toetsen in hoeverre dit vereveningsfonds niet zou leiden tot het afkopen van de verplichting om goedkope woningen te bouwen. Het moet geen afkoopregeling worden. De wethouder heeft namens het college meerdere malen aangegeven dat het voldoen aan het streefwoningbouwprogramma uitgangspunt is in iedere onderhandeling. En dat het verveningsfonds een stok achter de deur is voor die projecten, die bijvoorbeeld vanwege de ligging, echt niet aan de beleidsnorm van 65 procent kunnen voldoen.
Kortom, de fractie van Wij Putten is erg blij dat dit onderdeel uit het coalitieakkoord nu door de gemeenteraad is vastgesteld. Daarmee hebben we een mooi instrument in handen om nog meer grip te krijgen op de realisatie van sociale en betaalbare woningbouw.
Joyce Kamphuis