info@wijputten.nl

Nieuws

Eropaf: PHG op de Mariahoeve. Het kan veel beter!

Geplaatst op 4 juni 2017

“Een museum in Putten. Ja, het is er wel, maar we zitten zo weggestopt daar in het bos waardoor mensen ons te moeilijk vinden.” Arap-John, Herman, Rien en Geke spitsen de oren. Aan het woord is Gérard Hollanders, voorzitter van het Puttens Historisch Genootschap, opgericht in 1990. We zitten in de Mariahoeve, samen met Gérard en met Henk van der Zwaag, PR-man van de vereniging en Kees Kleingeld, nee, geen penningmeester maar secretaris. Met de oprichting van het PHG was Putten de laatste gemeente op de Veluwe die een historische vereniging kreeg. Er was wel enige inzet voor nodig, maar met de steun van wat lokale historici met een sterke band met de gemeente, was het snel bekeken.

De vereniging houdt zich veel bezig met genealogie (familiestambomen) en archeologie
(bodemschatten) en de mannen zijn daarom wel een beetje boekenwurmen ja. Maar ze zijn zeker ook praktisch in de weer, zoals met rondleidingen, evenementen organiseren, exposities, PRactiviteiten of zoiets als het ontwormen van oude meubels. Zeker kort na de oprichting kwamen ze erachter hoeveel werk er te verzetten was. En dat ze daar wel wat geld voor nodig hadden. Desgevraagd kreeg de vereniging nul op het rekest bij de gemeente. Een raadslid van destijds kwam op het idee om de boerderij op Schovenhorst eens te monsteren voor een museum. Na veel vijven en zessen, uiteindelijk toch een flinke subsidie van de gemeente en de provincie, werd na de oprichting het museum de Tien Malen door de Gelderse gedeputeerde Hans Esmeijer geopend. Een historisch museum in Putten, geregistreerd bij de Nederlandse Museumvereniging en daarmee ook met de Museumkaart gratis toegankelijk! En het trekt wat bekijks: jaarlijks ontvangt het museum tussen de tegen de tienduizend bezoekers, vooral toeristen. Daarnaast heeft het genootschap ook betrokkenheid bij andere oudheden zoals de Mariahoeve en het Stoomgemaal in de Putterpolder en werkt ze graag samen de Stichting Oktober ‘44.

De vereniging bestaat nu 27 jaar en na aanvankelijk een hele aardige kas te hebben gehad, begint de bodem in zicht te raken. ‘Binnen 10 jaar is de kas leeg’, zegt Hollanders. Niet in de laatste plaats omdat de kap van de Mariahoeve een paar jaar geleden moest worden hersteld en de subsidie van de gemeente bij lange na niet toereikend was. Er komt wel geld binnen. De vereniging heeft 750 leden. Daarnaast verdient ze aan de entreegelden van het museum, van gidsen en andere kleine publicaties, de boeken- en curiosamarkten die men een paar keer per jaar organiseert en af en toe ontvangt ze een subsidie van de Rabobank. Maar geld voor een mooie publicatie bijvoorbeeld, is er niet. Dat verdien je ook niet terug. “Cultuurhistorie kost gewoon geld”, is de algemene opinie. We voelen dat er iets wringt. Wat zou er moeten gebeuren? ”De vraag is wat de gemeente Putten wil met een historische vereniging?”, zegt Kees Kleingeld. “Wat als we failliet zouden gaan, wie heeft er dan een probleem? Alleen wij en onze leden, of zou dat op het gemeentehuis ook als een probleem worden ervaren?”. Een goede vraag: wat is het de gemeente Putten waard om een instituut te hebben dat zich zoveel gelegen laat liggen aan onze lokale geschiedenis. “Geschiedenis bindt”, benadrukt Hollanders. En dat mag wel wat meer tot uitdrukking worden gebracht, bijvoorbeeld in de vorm van werkelijke interesse, maar ook financiële back up van de gemeente. Maar de vereniging vindt dat het nog veel beter kan. Bijvoorbeeld met een nieuw museum, centraal in het dorp. Een plek waar iedereen graag naar toe gaat. De Puttense historie mag wat Henk van der Zwaag betreft een veel prominentere plek in het dorp gaan krijgen. ‘Een museum waar verschillende functies samenkomen, zoals de lokale geschiedenis, een historische bibliotheek, maar bijvoorbeeld ook de huidige kunstkelder, zodat ook de Puttense kunst wat meer zichtbaar wordt.”


Hollanders roept het college op om met een helder erfgoedbeleid te komen, waarin ze de cultuurhistorie in Putten een vastere en meer toekomstbestendige plek geef. Daarmee zou je ook de inzet van alle vrijwilligers belonen. Verder zou er eens goed geïnvesteerd kunnen worden in educatie voor scholen. Dat gebeurt nu ook al wel, maar er valt zoveel meer uit te halen als de gemeente goed beleid neer zou leggen. De vereniging is onlangs naar de wethouder cultuur, Roelof Koekkoek geweest, maar die schoof het af en stuurde hen door naar de raad, volgens PHG. Jammer, want de musea in Nederland zijn gemiddeld genomen voor zo’n 70% afhankelijk van overheidssubsidie. Overal op de Veluwe komen musea tot stand met subsidie en de Tien Malen loopt op Schovenhorst tegen de grenzen aan. Binnen een jaar of 10 zou er eigenlijk een nieuw Puttens museum moeten zijn. De vereniging toont wilskracht: er is al een werkgroep om een programma van eisen op te stellen: ontvangstruimte, educatieruimte, grote met moderne audiovisuele middelen toegeruste zaal, kunstexpositieruimte en een plek van samenkomst.

Wat heeft Wij Putten vanavond geleerd en wat zouden we eventueel mee kunnen nemen in ons verkiezingsprogramma?
1. Cultuurbeleid met onderdeel erfgoedbeleid, wat geld mag kosten
2. Museum in centrum Putten, alvast geld reserveren voor budget, begin maar bij minstens een miljoen
3. Educatiebeleid
4. Herijking gemeentelijk monumentenbeleid.
Ambitieus. Maar de moeite waard om over na te denken.
Geke