Mijn schoonmoeder van bijna tachtig woont in Ermelo. Lekker dichtbij. Meestal twee keer in de week pikken we haar op en nemen haar mee naar ons huis. Ze eet dan mee, klets wat en een paar uur later brengen we haar weer terug. Zo komt ze, mede met wat aandacht van anderen, de week door.
Omdat ze slecht ter been is heeft ze, sinds de zomer een scootmobiel. Noodzaak want anders wordt haar actieradius nog maar één à twee kilometer en komt ze nog maar net bij de winkels.
Mede door haar nieuwe bezit op vier wielen is ze weer mobiel en komt ze nog ook steeds onder de mensen
Een enkele keer gaan we bij haar op bezoek. In mijn geval altijd als ik naar de garage moet. Die is dicht bij schoonmoeders en als ze even een half uurtje werk hebben loop ik naar haar toe, drink een kop koffie om vervolgens de auto weer op te halen.
Zo ook vandaag. Door de sneeuw. Ik kwam net uit mijn werk dus had geen winterlaarzen, snowboots of dergelijk aan de voeten. Nee, lage brogues die op kantoor en in de auto prima volstaan… maar door de sneeuw banjeren helemaal niet.
Zo zocht ik alle plekken op waar de rijbaan of stoep vrij van sneeuw was om die paar honderd meter zonder sneeuw in mijn sokken af te leggen.
Terwijl ik laveerde over de stoepen en straten in Ermelo bekroop mij een onaangenaam gevoel. Dat had nog geen eens zozeer met mijn koude voeten te maken maar ik ontdekte dat ik ouder werd.
Nee, niet dat ik slecht ter been aan het worden ben. Plots kwam het besef dat ik vroeger, zeg ’s een jaar of tien geleden, het maar belachelijk vond dat velen na een sneeuwbui met hun stoepje bezig waren. Strooien, schuiven, scheppen, in mijn ogen allemaal tijdverspilling. Sneeuw komt en sneeuw gaat. Al die zinloze energie stoppen in het verwijderen van die sneeuw…
Zo ook in Ermelo. De ene stoep helemaal wit, de ander schoon geschoven en prima begaanbaar.
Almaar meer beseffende dat ik inmiddels een volledig andere opvatting kreeg over het zinloos sneeuw verwijderen kwam ik bij schoonmoeders.
Zoals voorspelt kletsten we wat, dronk ik een kop koffie en bood haar aan ook haar stoepje schoon te schuiven. Dat bleek niet meer nodig. Ze had zelf, vanmorgen vroeg, haar burgerplicht gedaan. Maar ze vond het maar niks die sneeuw want ze ging écht niet naar dorp met dit weer.
‘Ach’ zei ik… ‘maar het is nu toch droog?’
‘Je denkt toch niet dat ik m’n benen ga breken over al die gladde stoepen?’ was haar antwoord.
Terug naar Putten. Er ligt een veeg-aanbod van de SWP voor diegenen die niet zelf de stoep kunnen vegen. Kost niets. Vrijwilligers hebben zich voldoende aangemeld die uiteraard belangeloos iemand anders pad en stoep weer begaanbaar wil maken.
Al rijdend door Putten vraag ik me het volgende af als ik de gladde, platgetrapte sneeuwstoepen zie:
Zijn er zoveel hulpbehoevende mensen en een lange wachtlijst of realiseren nog veel bewoners dat ‘je eigen stoepje’ vegen ook een hele goede daad kan zijn, in ieder geval voor de ouderen.
Het liet me maar niet los. Wat krijgt ‘je eigen stoepje schoonvegen’ dan een andere betekenis.